Archiefbeelden van de Hubble-ruimtetelescoop laten zien dat de jonge planetaire nevel Hen 3-1357, ook wel de Pijlstaartrognevel genoemd, in twintig jaar tijd duidelijk is vervaagd.
Een planetaire nevel is een uitdijende gaswolk die bestaat uit gas dat door een stervende ster is uitgestoten.
Op beelden die de ruimtetelescoop in 1996 heeft gemaakt vertoonde het centrum van Hen 3-1357 nog heldere blauwe gasschillen.
Maar daar was in 2016 al bijna niets meer van over, en ook blijkt de nevel duidelijk van vorm te zijn veranderd.
Zo’n snelle verandering in het uiterlijk van een planetaire nevel wordt maar heel zelden waargenomen.
Vermoed wordt dat de oorzaak van de snelle verandering bij de centrale ster ligt.
Uit eerder onderzoek van Hen 3-1357, waarbij ook Hubble-gegevens zijn gebruikt, was al opgemerkt dat die ster bijzonder gedrag vertoont.
In de periode 1971-2002 is zijn temperatuur opgelopen tot bijna tienmaal de temperatuur van het zonneoppervlak (5500 °C).
Astronomen denken dat de temperatuursprong is veroorzaakt door een korte periode van heliumfusie die buiten de kern van de ster optrad.
Na deze ‘heliumflits’ begon de ster, en daarmee ook de gasnevel, weer af te koelen. (EE)
(Image Credit: NASA, ESA, B. Balick (University of Washington), M. Guerrero (Instituto de Astrofísica de Andalucía), and G. Ramos-Larios (Universidad de Guadalajara)