Onderzoek van een enorme inslagkrater op Venus wijst erop dat de lithosfeer (vaste korst) van de planeet te dik was voor platentektoniek zoals de aarde die vertoont.
Dat geldt in elk geval voor de afgelopen miljard jaar (Nature Astronomy).
Ergens in de afgelopen miljard jaar boorde een fors object zich in het oppervlak van de planeet Venus.
Daarbij ontstond een meer dan 270 kilometer grote krater, die de Mead-krater wordt genoemd.
Wetenschappers van Brown University in Providence, Rhode Island (VS), hebben dit oude ‘litteken’ gebruikt om te onderzoeken of de korst van Venus uit afzonderlijke onderling verschuivende platen kan hebben bestaan.
Voor dit onderzoek hebben de wetenschappers computermodellen gebruikt waarmee de inslag die de Mead-krater deed ontstaan werd gereproduceerd.
Mead is omringd door concentrische ringstructuren met steile wanden – de gestolde getuigen van de rimpelingen in de planeetkorst die bij de inslag optraden.
De modellen laten zien dat de ligging van deze ringstructuren ten opzichte van de centrale krater alleen verklaarbaar is als de lithosfeer van Venus destijds heel dik was – veel dikker dan die van de aarde.
Deze uitkomst betekent dat er geen sprake kan zijn geweest van een tektonisch regime op Venus, waarbij afzonderlijke platen als vlotten op een traag kolkende mantel drijven.
Deze conclusie biedt tegenwicht aan ander recent onderzoek dat juist op lijkt te wijzen dat er in het vrij recente verleden platentektoniek op Venus kan zijn geweest.
Op opnamen van ruimtesondes zijn namelijk ruggen en riften te zien die op tektonische structuren lijken.
Maar vanwege de dichte atmosfeer van de planeet laten deze structuren zich niet gemakkelijk onderzoeken.
Ook een ander geologisch aspect van Venus lijkt op het bestaan van een dikke vaste korst te wijzen: het bestaan van Maxwell Montes.
Zonder een zware ‘fundering’ zou dit grote bergmassief niet in stand kunnen blijven. (EE)
(Image Credit: NASA)