Kort nadat de nieuwe Webb-ruimtetelescoop in bedrijf kwam, deden astronomen een onverwachte ontdekking: objecten in het verre, jonge heelal die zich als kleine rode vlekjes – Little Red Dots oftewel LRD’s – aan de hemel vertonen. Over deze intrigerende klasse van objecten is nog niet zo veel bekend. Door openbaar beschikbare Webb-datasets door te kammen, heeft een team van astronomen onlangs een groot aantal LRD’s weten te verzamelen, die bijna allemaal al bestonden tijdens de eerste anderhalf miljard jaar na de oerknal. Ze zijn daarbij tot de conclusie gekomen dat een groot deel van deze LRD’s waarschijnlijk sterrenstelsels zijn met groeiende zwarte gaten in hun kernen. ‘We tasten in het duister over deze nieuwe populatie van objecten die Webb heeft ontdekt. Dichterbij in het heelal zijn ze niet te zien, en daarom hebben we ze vóór Webb nooit waargenomen’, zegt Dale Kocevski van het Colby College in Waterville, Maine (VS), en hoofdauteur van een nog te verschijnen onderzoeksartikel. ‘Er wordt veel moeite gedaan om de aard van deze kleine rode stippen vast te stellen.’ Uit de nieuwe steekproef van LRD’s komt een intrigerend beeld naar voren. Ongeveer 600 miljoen jaar na de oerknal namen hun aantallen sterk toe, om ongeveer anderhalf miljard jaar na de oerknal weer snel af te nemen. Uit spectroscopische data blijkt dat in ongeveer zeventig procent van deze objecten gas aanwezig is dat met een snelheid van duizend kilometer per seconde ronddraait – een aanwijzing dat het gas deel uitmaakt van de accretieschijf rond een superzwaar zwart gat. Dit doet vermoeden dat veel LRD’s galactische kernen zijn waarin zich een actief zwart gat verschuilt. Toen de eerste LRD’s werden ontdekt, opperden sommige astronomen dat er iets mis was met de bestaande kosmologische theorieën. Als al het licht van deze objecten afkomstig was van sterren, dan impliceerde dit dat sommige sterrenstelsels absurd snel waren gegroeid. Maar het begint erop te lijken dat veel van het licht van deze objecten van groeiende zwarte gaten afkomstig is in plaats van sterren. En dat maakt hun bestaan veel begrijpelijker. Toch roepen de LRD’s nog steeds vragen op. Zo is het bijvoorbeeld onduidelijk waarom er geen nabijere LRD’s lijken te bestaan. Ook zijn LRD’s – anders dan zwarte gaten dichterbij in het heelal – geen heldere bronnen van röntgenstraling. Een mogelijke verklaring voor het eerste punt is binnenwaartse groei. Als de stervorming in een sterrenstelsel zich vanuit de kern naar buiten verplaatst, wordt er minder gas uitgestoten door supernova’s in de nabijheid van het zwarte gat, waardoor laatstgenoemde zijn cocon van gas verliest en blauwer wordt in plaats van rood. Ook voor de röntgenkwestie bestaat een verklaring. Bekend is dat röntgenfotonen bij een bepaalde gasdichtheid kunnen worden afgevangen, waardoor de intensiteit van de röntgenstraling afneemt. Deze resultaten zijn gepresenteerd tijdens een persconferentie die tijdens de 245ste bijeenkomst van de American Astronomical Society in National Harbor, Maryland (VS) werd gehouden, en zijn geaccepteerd voor publicatie in de The Astrophysical Journal. (EE) (Image credit: (NASA, ESA, CSA, STScI, Dale Kocevski (Colby College)