Pluto en zijn maan Charon zijn het grootste duo van ijswerelden voorbij de baan van Neptunus. Volgens nieuw onderzoek zouden beide onafhankelijk van elkaar kunnen zijn ontstaan en elkaar pas na een tijd rondzwerven hebben ontmoet. Pluto zou Charon toen hebben ingevangen na een zachte ‘kus-en-vang-botsing’ die beide vrijwel ongeschonden wisten te doorstaan. Charon is met zijn diameter van 1200 kilometer half zo groot als Pluto en daarmee voor een satelliet ongewoon groot. Het is daarom onwaarschijnlijk dat hij is ontstaan uit materiaal dat door de forse inslag van een ander object uit Pluto werd vrijgemaakt, zoals onze maan is ontstaan. En ook de vrijwel cirkelvormige baan op relatief korte afstand van Pluto (bijna 20.000 kilometer) pleit tegen zo’n grof inslagscenario. Volgens Adeene Denton en collega’s werkt zo’n scenario echter wel als de botsing met een geringe snelheid zou hebben plaatsgevonden. De astronomen hebben dat aangetoond met computersimulaties van zo’n rustige ontmoeting. Daarin werd ook – wat bij eerder onderzoek ontbrak – de sterkte van het uit gesteenten en ijs bestaande inwendige van beide hemellichamen meegenomen. Door deze cohesie werd een deel van de kinetische energie van de botsing geabsorbeerd, waardoor beide hemellichamen slechts licht vervormden en tegen elkaar aan bleven kleven. Tijdens deze ‘ijzige kus’, die zo’n tien tot vijftien uur duurde, draaiden beide hemellichamen als een contact binary rond, los van elkaar maar toch als een eenheid. Daarna maakte Charon zich als gevolg van centrifugale krachten van Pluto los en ging daar in een eigen, bijna cirkelvormige baan omheen draaien. Die baan werd vervolgens – net zoals die van onze maan – door getijdenkrachten van Pluto steeds groter, tot uiteindelijk de huidige afstand werd bereikt. Ook andere grote ijswerelden voorbij Neptunus zouden op deze manier een partner kunnen hebben gevangen. Volgens de computersimulaties zou er tijdens deze zachte botsing ook ruim voldoende materiaal naar de ruimte zijn ontsnapt om naderhand de vier kleinere maantjes van Pluto te kunnen vormen. Maar hoe dat gebeurd zou kunnen zijn is vooralsnog onbekend. (GB/Nature Geoscience 18, blz. 37) (Image credit: Adeene Denton e.a.)