Image default

Mogelijke planeet ontdekt in leefbare zone van nabije ster Alfa Centauri A

Astronomen hebben een nieuwe techniek ontwikkeld om opnamen te maken van exoplaneten bij nabije sterren.
Dat heeft mogelijk een interessante ontdekking opgeleverd: een planeet in de leefbare zone rond de ster Alfa Centauri A.
Het rechtstreeks ‘fotograferen’ van planeten buiten ons zonnestelsel is uiterst moeilijk.
In vergelijking met hun moederster zijn exoplaneten uitermate lichtzwakke objecten.
Daarom is het tot nu toe alleen gelukt om forse exoplaneten op grote afstand van hun ster vast te leggen.
De planeten waar astronomen het meest in geïnteresseerd zijn – objecten op ‘aangename’ afstanden van een zonachtige ster – bleven buiten schot.
In een publicatie in Nature Communication beschrijft een team onder leiding van Kevin Wagner van de Universiteit van Arizona (VS) nu echter een methode die de detectie van zulke exoplaneten tien keer zo gemakkelijk maakt.
De astronomen hebben een systeem ontwikkeld waarmee langdurige opnamen in het mid-infrarood worden gemaakt – het golflengtegebied waar exoplaneten in de leefbare zone rond hun ster op hun helderst zijn.
Dit golflengtegebied werd tot nu toe gemeden, omdat hemel, camera en telescoop eveneens infraroodstraling produceren.
Bij hun waarnemingen hebben Wagner en zijn team gebruik gemaakt van de Europese Very Large Telescope (VLT) in het noorden van Chili.
Met deze telescoop keken ze naar het meest nabije stersysteem: dat van Alfa Centauri.
Dit stelsel bestaat uit twee sterren – Alfa Centauri A en B – die ongeveer net zo groot zijn als de zon en om elkaar wentelen.
Op grote afstand van dit tweetal bevindt zich nog de veel kleinere en koelere ster Proxima.
Deze laatste vertoont een schommelbeweging die erop wijst dat er een niet al te zware planeet omheen draait.
Maar bij de sterren A en B was nog geen betrouwbare indicatie van eventuele planeten waargenomen.
Om de gevoeligheid van het telescoopsysteem te vergroten, gebruikten de astronomen een adaptief optisch systeem, dat beeldverstoringen ten gevolge van turbulenties in de aardatmosfeer corrigeert.
Ook werd gebruik gemaakt van een klein masker waarmee het licht van ster A of B kon worden afgeschermd.
Om de naaste omgevingen van beide sterren tegelijk te kunnen verkennen, werd met tussenpozen van een tiende seconde afwisselend naar de ene of de andere ster gekeken.
Door opeenvolgende beelden van elkaar af te trekken kon de ‘infraroodruis’ van camera en telescoop uit de opnamen worden verwijderd.
En door meerdere (gecorrigeerde) opnamen bij elkaar op te tellen, werd de beeldruis nog verder onderdrukt.
Het Alfa Centauri-stelsel is op die manier in de loop van een maand bijna honderd uur lang waargenomen, wat meer dan vijf miljoen opnamen heeft opgeleverd.
Dat resulteerde in een ‘opgeschoonde’ foto waarop een nog onbekende lichtbron te zien is, die de aanduiding C1 heeft gekregen. C1 zou een exoplaneet ter grootte van Neptunus of Saturnus kunnen zijn die ongeveer net zo ver van ster A verwijderd is als de aarde van de zon.
De astronomen benadrukken echter dat ze nog allerminst zeker zijn van het bestaan van deze planeet.
Het zou ook heel goed een instrumenteel artefact kunnen zijn. Het team wil daarom over een paar jaar nog eens naar het Alfa Centauri-stelsel kijken.
Als C1 inderdaad een object is dat om ster A cirkelt, moet hij tegen die tijd een stuk zijn opgeschoven in zijn baan. (EE)
(Image Credit: NASA/ESA/Hubble)

Ook interessant

Ruimtetelescoop Euclid ziet weer scherp

stipmedia

Binnenkort staat er (tijdelijk) een ‘nieuwe’ ster aan de hemel

stipmedia

IJskorst van Jupitermaan Europa is dikker dan gedacht

stipmedia

Ruwweg één op de tien ‘tweelingsterren’ consumeert planetair materiaal

stipmedia

Bijzonder oude ster ontdekt in Grote Magelhaense Wolk

stipmedia

Ruimtetelescoop Euclid moet ‘ont-ijst’ worden

stipmedia