Toen ruimtesonde Cassini tegen het einde van zijn missie in september 2017 de naaste omgeving van Saturnus verkende, heeft hij ook het magnetische veld van de planeet onderzocht.
Duidelijkheid over de oorsprong van dit veld hebben de metingen echter niet kunnen geven.
Een eerste analyse van de laatste gegevens van de magnetometer aan boord van Cassini laat zien dat het magnetisch veld van Saturnus een hoek van minder dan 0,01 graad maakt met de rotatieas van de planeet.
Dat is opmerkelijk, omdat werd gedacht dat magnetische velden rond planeten zich alleen kunnen vormen wanneer de magnetische as van de planeet schuin op diens rotatieas staat.
Zo is het bij de aarde ook. Die schuine stand zorgt ervoor dat de laag geleidende vloeistof in het inwendige van de planeet blijft stromen.
Bij de aarde is dat een laag van vloeibare ijzer en nikkel rond de vaste ijzer-kern, en bij Saturnus zou het gaan om een laag van metallische waterstof rond een kleine vaste kern.
Omdat het magnetische veld van Saturnus zo goed als rechtop staat, is het een raadsel hoe de metallische waterstof in zijn inwendige in beweging kan blijven.
Het is denkbaar dat de dichte, turbulente atmosfeer van de planeet de ware structuur van het magnetische veld maskeert, maar eigenlijk begint het erop te lijken dat naar een heel andere verklaring voor de vorming van dat veld moet worden gezocht.
Opmerkelijk is ook dat Cassini aanwijzingen heeft gevonden voor een tweede bron van magnetisme in de planeet.
Die bron zou net boven de de diepe laag van metallische waterstof liggen.
Ook lijkt er een elektrische stroom te lopen tussen de binnenste ring (de D-ding) en de planeet.
Dat zou eveneens van invloed kunnen zijn op de uiterlijke kenmerken van het magnetische veld van Saturnus. (EE)