Image default

Jonge zonnewind modelleerde proces van planeetvorming

De planeet het dichtst bij de zon is de kleine Mercurius, maar de binnenste planeten van andere sterren staan vaak veel dichterbij hun ster en zijn ook veel groter.
Dit verschil wordt bij ons toegeschreven aan Jupiter, die kort na zijn ontstaan wat naar de zon schoof en daarbij de planeetvorming in de schijf van oermaterie rond de zon verstoorde.
Maar dat verklaart nog niet waarom er binnen de baan van Mercurius geen planeet(je) meer kon ontstaan.
Volgens Christopher Spalding, van de Yale-Universiteit in New Haven, zou ook de zon hierin een rol hebben gespeeld.
Deze draaide toen veel sneller rond en had een veel sterker magnetisch veld.
Beide effecten hadden tot gevolg dat de zijwaartse, equatoriale component van de zonnewind – de geladen deeltjes die in alle richtingen van de zon vandaan vliegen – veel sterker was dan nu.
Ook hierdoor werd de samenklontering van materie verstoord en bovendien ging deze materie daardoor in steeds wijdere banen draaien.
Spalding rekende dit proces via computersimulaties door en vond dat de zonnewind toen in staat was om binnen 30 tot 50 miljoen jaar materieklonters van honderd meter tot aan de baan van de aarde te verplaatsen en klonters van tien meter zelfs tot voorbij Mars.
De hoeveelheid verdreven massa was groter dan die van Mercurius en misschien vergelijkbaar met die van de aarde.
Binnen de baan van Mercurius bleef te weinig materiaal over voor de vorming van een planeet.
Een ander gevolg hiervan was dat het gebied van de huidige aarde-achtige planeten en de planetoïdengordel werd verrijkt met materie die in het binnenste en heetste deel van de gas- en stofschijf rondom de pasgeboren zon was gecondenseerd. Dat zou het hoge ijzergehalte van Mercurius kunnen verklaren, evenals de tekenen van veranderingen door hoge temperaturen in sommige meteorieten.
Ook enkele vraagtekens rond de samenstelling van de aarde zouden hiermee verklaard kunnen worden, zoals het relatief geringe koolstofgehalte en de vreemde isotopenverhoudingen van het element ruthenium.
De jonge zonnewind modelleerde dus het proces van planeetvorming, aldus Spalding. GB/Astrophysical Journal Letters 869. L17)

Ook interessant

‘Vervuilende’ activiteit van sterrenstelsel NGC 4383 in beeld gebracht

stipmedia

Ruimtesonde Voyager 1 stuurt weer begrijpelijke informatie naar de aarde

stipmedia

De eerste glimp van de Grote Noord-Amerikaanse Eclips

stipmedia

Heeft bruine dwerg W1935 een actieve maan?

stipmedia

Hubble spoort honderden kleine planetoïden op

stipmedia

Zwaar zwart gat ontdekt in onze kosmische ‘achtertuin’

stipmedia