Het is eindelijk gelukt om de energierijke straling van een gammaflits vanaf de aarde waar te nemen.
Gammaflitsen zijn kortdurende uitbarstingen van gammastraling die ontstaan door botsende neutronensterren of exploderende reuzensterren.
Het zijn de krachtigste explosies in het heelal en hun energie is vergelijkbaar met die welke de zon tijdens zijn hele leven uitzendt.
Gammaflits voor het eerst op aarde waargenomen.
Een gammaflits begint met een tientallen seconden durende stoot van fotonen met een energie tot tientallen miljoenen elektronvolt die tot voor kort alleen met satellieten kon worden waargenomen.
De stoot eindigt met een veel langer durende nagloeiperiode van veel zwakkere fotonen in een breed golflengtegebied die met telescopen op aarde waarneembaar zijn.
Hoewel satellieten tijdens een gammaflits soms ook enkele fotonen met een extreem hoge energie detecteerden, bleef hun herkomst ongewis.
Hieraan is nu na tien jaar zoeken een einde gekomen en opmerkelijk genoeg met telescopen op aarde.
Die benutten het feit dat de gammafotonen in de atmosfeer lawines van secundaire deeltjes produceren die een blauwachtig licht uitzenden.
Deze Cherenkovstraling verraadt zowel de richting als de energie van de aanstormende gammafotonen.
Op 14 januari 2019 detecteerde de Major Atmospheric Gamma Imaging Cherenkov (MAGIC) op La Palma één tot 20 minuten na de hoofdflits fotonen in het energiegebied tussen 0,2 en 1 tera-elektronvolt.
Al eerder, op 20 juli 2018, had het High Energy Stereoscopic System (HESS) in Namibië fotonen van meer dan 0,1 TeV gedetecteerd.
Hoewel het hier om minder fotonen ging dan tijdens de flits van 2019, werden ze 10 tot 12 uur na de hoofdflits waargenomen, dus ver in de nagloeifase. Waarnemingen met andere telescopen brachten aan het licht dat de gammaflitsen uit sterrenstelsels op afstanden van respectievelijk vier en zes miljard lichtjaar kwamen.
Nu voor het eerst ook op aarde gammafotonen van meer dan 0,1 TeV zijn gedetecteerd, verwachten astronomen dat dit in de toekomst routine zal worden.
En daarmee zullen ook de processen die zulke extreem hoge energie produceren beter begrepen kunnen worden. (GB/Nature) (Uit Zenit maart 2020)
