Tijdens een korte scheervlucht langs de planeet Venus heeft de Parker Solar Probe van NASA een natuurlijk radiosignaal gedetecteerd dat aangeeft dat de ruimtesonde door ionosfeer van de planeet heen is gevlogen.
Het was voor het eerst in bijna dertig jaar dat een rechtstreekse meting van de Venusatmosfeer werd gedaan.
Een analyse van de gegevens die tijdens de scheervlucht zijn verzameld bevestigt dat de ionosfeer van Venus flinke variaties vertoont.
De metingen zijn gedaan op 11 juli 2020, toen de Parker-sonde voor de derde keer langs Venus vloog, ditmaal op een afstand van slechts 833 kilometer.
Deze scheervluchten zijn bedoeld om de ruimtesonde dichter naar de zon toe te manoeuvreren.
Een van de instrumenten van de Parker Solar Probe zal straks de elektrische en magnetische velden in de atmosfeer van de zon gaan meten.
Maar bij deze gelegenheid heeft hij dat bij Venus gedaan.
Net als de aarde heeft deze planeet een laag van geladen gasdeeltjes hoog in zijn atmosfeer.
Deze zogeheten ionosfeer is een bron van laagfrequente radiostraling.
Een team van wetenschappers heeft deze radiostraling gebruikt om de dichtheid van de ionosfeer te meten – iets dat in 1992 ook al door de Pioneer Venus Orbiter was gedaan.
Destijds was de zon op haar actiefst, terwijl ze momenteel zo’n beetje op haar rustigst is.
De Parker-metingen laten zien dat de Venus-ionosfeer van Venus vorig jaar veel dunner was dan in 1992.
Dat bevestigt de indruk, gebaseerd op telescoopwaarnemingen vanaf de aarde, dat de ionosfeer van de planeet tijdens zonneminima veel dunner is dan tijdens zonnemaxima.
Het onderzoek van de ionosfeer van Venus moet meer inzicht geven in de evolutie van de atmosfeer van de planeet, die ooit veel op de aarde heeft geleken, maar inmiddels onleefbaar heet is geworden. (EE)
(Image Credit: NASA/Johns Hopkins APL/Naval Research Laboratory/Guillermo Stenborg and Brendan Gallagher)