Twee decennia van waarnemingen laten zien hoe een merkwaardige wolk van gas en stof uit elkaar wordt getrokken terwijl hij met steeds hogere snelheid richting het superzware zwarte gat in het centrum van ons Melkwegstelsel beweegt. Astronomen van het UCLA Galactic Center Orbits Initiative en de Keck-sterrenwacht op de Mauna Kea op Hawaï volgen de evolutie van deze wolk, die X7 wordt genoemd, al sinds 2002.
Uit nabij-infraroodbeelden die met beide Keck-telescopen zijn gemaakt, blijkt dat X7 inmiddels een lengte heeft bereikt van 450 miljard kilometer – drieduizend keer de afstand tussen de aarde en de zon (The Astrophysical Journal). X7 heeft ongeveer vijftig keer zoveel massa als de aarde en doorloopt een baan om het zwarte gat in het hart van ons Melkwegstelsel, Sagittarius A* of kortweg Sgr A. Over één omloop zou hij 170 jaar doen, maar astronomen verwachten dat de sterke getijdenkracht van het zwarte gat X7 uiteindelijk uit elkaar zal trekken voordat hij die omloop heeft voltooid. Deze kracht ontstaat doordat aan de kant van het object die zich het dichtst bij het zwarte gat bevindt veel sterker wordt getrokken dan aan de kant die het verst ervan verwijderd is. Uit de baan die X7 volgt leiden de astronomen af dat X7 rond het jaar 2036 Sgr A het dichtst zal naderen en kort daarna volledig zal verdwijnen. Het gas en het stof waaruit X7 bestaat zal uiteindelijk naar Sgr A* worden getrokken en op enig moment wellicht wat ‘vuurwerk’ veroorzaken als het opwarmt en naar het zwarte gat toe spiraalt.
X7 vertoont overeenkomsten met de andere vreemde stofrijke objecten die om Sgr A* draaien: de zogeheten G-objecten. Deze laatste zien eruit als gaswolken, maar gedragen zich als sterren.
De astronomen denken dat het gas en stof van X7 mogelijk is uitgestoten bij een fusie tussen twee sterren.
Tijdens dit proces hult de gefuseerde ster zich in een schil van gas en stof die aan de beschrijving van de G-objecten zou kunnen voldoen.
En gas dat bij de fusie is ontsnapt zou X7-achtige objecten kunnen hebben voortgebracht. (EE)
(Image Credit: W.M. Keck Observatory/Adam Makarenko)