De Webb-ruimtetelescoop heeft waargenomen dat Saturnusmaan Enceladus een enorme pluim van waterdamp uitstoot die mogelijk de chemische ingrediënten voor leven bevat, afkomstig vanonder de ijskorst van deze maan.
In 2005 ontdekte NASA-ruimtesonde Cassini ijzige deeltjes die via scheuren in het maanoppervlak uit de ondergrondse oceaan van Enceladus ontsnappen.
Webb geeft nu laten zien dat het materiaal veel verder de ruimte in spuit dan tot nu toe werd gedacht.
Enceladus is een van de weinige ‘oceaanwerelden’ in ons zonnestelsel, waardoor het een goede plek lijkt om naar primitief buitenaards leven te zoeken.
De zoute oceaan onder de ijskorst van de Saturnusmaan is een mogelijk toevluchtsoord voor organismen, die in leven zouden kunnen worden gehouden door chemische energie uit hydrothermale bronnen op de oceaanbodem.
Het materiaal dat uit Enceladus spuit, voornamelijk via breuken rond zijn zuidpool, is een directe link naar dat potentiële ecosysteem.
De door Cassini waargenomen pluimen bevatten deeltjes siliciumdioxide die waarschijnlijk door kolkende vloeistoffen van de zeebodem zijn meegevoerd.
Cassini vloog vele malen door de pluimen van Enceladus en mat ijskorrels en ‘levensvriendelijke’ chemicaliën zoals methaan, koolstofdioxide en ammoniak.
Maar pas met Webb, de nieuwe grote ruimtetelescoop op anderhalf miljoen kilometer van de aarde, werd iets ontdekt dat Cassini van dichtbij niet kon zien.
Op 9 november 2022 heeft de ruimtetelescoop vierenhalve minuut naar de ijzige maan gekeken, en daarbij is een enorme, zeer koude pluim van waterdamp ontdekt. De pluim is waarschijnlijk heel ijl, wat geen goed nieuws is voor wie er monsters van wil nemen, in de hoop sporen van leven te vinden.
Webb analyseerde ook het spectrum van het zonlicht dat door Enceladus wordt weerkaatst en vond aanwijzingen voor tal van chemische stoffen, waaronder mogelijke verbindingen die kunnen wijzen op geologische of biologische activiteit in de oceaan van Enceladus. (EE)
(Image Credit:NASA/JPL-Caltech)