Gisteravond, maandag 24 januari om 20.00 uur Nederlandse tijd, heeft de Webb-ruimtetelescoop zijn stuwraketten bijna vijf minuten afgevuurd om zijn laatste kleine koerscorrectie te volbrengen.
Deze procedure heeft hem in de gewenste (halo)baan rond het tweede lagrangepunt (L2) van het zon-aarde-stelsel gebracht.
Het L2-punt ligt van de zon uit gezien 1,5 miljoen kilometer achter de aarde.
Voor de koerscorrecties tijdens zijn reis naar L2 is Webb zo zuinig mogelijk omgesprongen met raketbrandstof, om zoveel mogelijk over te houden voor de uitvoering van zijn eigenlijke taak: het speuren naar verre sterrenstelsels op infrarode golflengten.
Doordat de ruimtetelescoop met zijn enorme zonneschild blootstaat aan de stralingsdruk van de zon, moet hij geregeld een beetje ‘bijsturen’ om in zijn baan te blijven en zijn oriëntatie in stand te houden.
Zoals het er nu naar uitziet, is er voldoende raketbrandstof over om minstens tien jaar lang waarnemingen te kunnen doen.
De komende maanden zullen worden gebruikt om Webb te laten afkoelen tot zijn bedrijfstemperatuur van –223 °C.
Ook zullen technici bezig zijn om de 18 zeshoekige segmenten van de hoofdspiegel van de ruimtetelescoop tot op bijna een nanometer (een miljoenste van een millimeter) nauwkeurig uit te lijnen.
Daartoe zullen talrijke testopnamen worden gemaakt van de Grote Magelhaense Wolk, een klein buurstelsel van onze Melkweg.
De eerste ‘echte’ opnamen zal Webb op zijn vroegst eind mei gaan maken. (EE)
(Image Credit: ESA, NASA, S. Beckwith (STScI) and the HUDF Team, Northrop Grumman Aerospace Systems / STScI / ATG medialab)