Voor het eerst is het astronomen gelukt om een aantal paren sterrenstelsels op te sporen die bijna tot één groter sterrenstelsel zijn samengesmolten.
Daarbij zijn ook paren van superzware zwarte gaten ontdekt die uiteindelijk tot één nog kolossaler zwart gat zullen samensmelten (Nature, 8 november).
De astronomen lieten zich inspireren door een Hubble-opname van twee botsende sterrenstelsels die tezamen NGC 6240 worden genoemd.
Om te beginnen doorzochten ze het archief van de röntgensatelliet Swift naar actieve superzware zwarte gaten die door dichte wolken van gas en stof aan het zicht worden onttrokken.
Alleen de röntgenstraling van deze objecten weet door het omringende stof heen te dringen.
Vervolgens werden de objecten die daarbij opdoken op nabij-infrarode golflengten nader onderzocht met de Keck-telescoop op Hawaï.Ook in de Hubble-archieven werden op dit soort objecten uitgeplozen.
Het resultaat: bijna 500 sterrenstelsels, waarvan meer dan 17 procent twee superzware zwarte gaten in hun centrum bleken te hebben die naar elkaar toe spiralen.
Dat is een verrassend groot percentage, omdat computersimulaties hebben laten zien dat zulke compacte paren van superzware zwarte gaten maar heel kort bestaan.
De nieuwe resultaten bevestigen het al bestaande vermoeden dat botsingen tussen sterrenstelsels een belangrijke rol spelen bij de vorming van dubbele superzware zwarte gaten die uiteindelijk met elkaar samensmelten.
Bij zo’n samensmelting komen kolossale hoeveelheden energie vrij in de vorm van zwaartekrachtgolven, rimpelingen in de ruimtetijd die recent voor het eerst zijn waargenomen met de detectors van het Laser Interferometer Gravitational-wave Observatory (LIGO).
Over een paar miljard jaar zal ook ons Melkwegstelsel bij zo’n botsing betrokken zijn, met het Andromedastelsel als partner.
Na die ontmoeting zullen ook de centrale superzware zwarte gaten van deze beide sterrenstelsels met elkaar samensmelten. (EE)