Image default

Supervlam op V1355 Orionis veroorzaakte ook een CME

In de corona van de zon vinden regelmatig uitbarstingen plaats waarbij grote hoeveelheden plasma (geïoniseerd gas) de ruimte in worden geslingerd. Deze coronal mass ejections (CME’s) hangen vaak samen met zonnevlammen, het vrijkomen van de energie die ligt opgeslagen in magnetische velden. Zonnevlammen worden ook waargenomen op sterren, maar tot nu toe was niet duidelijk of die ook tot CME’s zouden kunnen leiden. Japanse astronomen hebben aangetoond dat dit bij V1355 Orionis in ieder geval wel gebeurt. V1355 Orionis is een dubbelster op een afstand van ongeveer 400 lichtjaar in het sterrenbeeld Orion die regelmatig opvlammingen vertoont. Vanaf 19 december 2020 is hij vier weken lang waargenomen met de Transiting Exoplanet Survey Satellite (TESS), een satelliet voor het opsporen van exoplaneten. Al tijdens de eerste dag werd een opmerkelijk krachtige opvlamming gedetecteerd. Die duurde bijna twee uur en was wel duizend keer zo krachtig als die van uitbarstingen op de zon. Een supervlam dus. Vanaf diezelfde dag werd de ster ook spectroscopisch waargenomen met de grote Seimei-telescoop in Okayama, Japan. Uit de spectra bleek dat enkele minuten na de opvlamming ook de straling in het licht van waterstof was toegenomen, om in de loop van drie uur weer af te zwakken naar normaal. Deze straling vertoonde bovendien tijdens het eerste half uur een blauwverschuiving die er – volgens het dopplereffect – op wees dat het hier om gas ging dat met grote snelheid van de ster af bewoog. De snelheid van dit gas bleek tussen de 760 en 1690 kilometer per seconde te liggen. Daarmee is zelfs de laagste waarde nog een stuk hoger dan de ontsnappingssnelheid aan het oppervlak van de ster, die ‘slechts’ 350 km/s bedraagt. Dit zou er volgens de astronomen op wijzen dat het plasma uit de corona rond de ster werd weggestoten en dat de trigger daarvan de supervlam was geweest. Krachtige uitbarstingen op sterren zouden dus net zoals zonnevlammen tot CME’s kunnen leiden. En daarmee zouden zij ook een belangrijke factor kunnen zijn in zowel de evolutie van sterren als de eventuele bewoonbaarheid van de planeten die zij hebben. (GB/Astrophysical Journal 948: 9) (Image Credit: National Astronomy Observatory of Japan)

Ook interessant

RR Lyrae-sterren bevestigen nieuwe Melkwegsatelliet

stipmedia

Er zit geen grote oceaan van magma onder het oppervlak van Jupitermaan Io

stipmedia

Grootste onderzoek van uitdijing heelal lost ‘Hubble-spanning’ niet op

stipmedia

De grootste en oudste inslagkrater op de maan is ronder dan gedacht

stipmedia

Hubble-ruimtetelescoop zoomt in op een beroemde quasar

stipmedia

Ster XX Trianguli vertoont geen regelmatige vlekkencyclus zoals onze zon

stipmedia