Een internationaal onderzoeksteam, onder wie wetenschappers van het Instituto de Astrofísica de Canarias, heeft het primitieve karakter kunnen bevestigen van een oude ster in ons Melkwegstelsel (Astronomy & Astrophysics).
Sterren die heel weinig ‘metalen’ bevatten – de term die astronomen gebruiken voor alle elementen zwaarder dan helium – worden beschouwd als de oudste sterren in het heelal. Ze zijn waarschijnlijk slechts enkele honderden miljoenen jaren na de oerknal gevormd.
De nu onderzochte ster, met de aanduiding SMSS1605-1443, werd in 2018 ontdekt.
Uit zijn chemische samenstelling, en met name zijn uitzonderlijk lage ijzergehalte, kon toen al worden afgeleid dat het een van de oudste sterren in de Melkweg moest zijn.
Maar verder was nog niet veel over hem bekend.
Dankzij de gezamenlijke inspanningen van diverse Europese onderzoeksteams en de inzet van de ESPRESSO-spectrograaf van de Very Large Telescope van de Europese Zuidelijke Sterrenwacht in Chili, weten we nu meer over SMSS1605-1443.
Zo is gebleken dat het niet om één ster gaat, maar verrassend genoeg om een dubbelster.
Aangenomen wordt dat dubbelsterren in dit vroege kosmische tijdperk relatief schaars waren.
Dat het om een dubbelster gaat volgt uit de ontdekking dat de ster kleine, regelmatige snelheidsvariaties vertoont.
Daaruit leiden de onderzoekers af dat SMSS1605-1443 uit twee om elkaar wentelende sterren bestaat.
Hoe de tweede ster eruitziet is onduidelijk: die is niet rechtstreeks waarneembaar en verraadt zijn bestaan alleen doordat hij SMSS1605-1443 aan het ‘schommelen’ brengt. Aangenomen wordt dat primitieve sterren als deze zijn ontstaan uit materiaal dat in het inwendige van de eerste, zeer zware sterren in het heelal heeft gezeten, en is vrijgekomen bij supernova-explosies die tijdens de vorming van het Melkwegstelsel hebben plaatsgevonden.
Als gevolg daarvan bevatten deze ‘levende fossielen’ weinig ijzer, maar juist relatief veel koolstof. (EE)
(Image Credit: Gabriel Pérez Díaz (IAC)