Onderzoek door een onderzoeksteam van het Instituto de Astrofísica de Canarias (IAC), onder leiding van Jorge Sanchez Almeida, wijst erop dat een vreemde dunne structuur van sterren die onlangs met de Hubble-ruimtetelescoop is ontdekt waarschijnlijk een sterrenstelsel is dat we van opzij zien (Astronomy and Astrophysics Letters).
Het raadselachtige spoor van sterren op acht miljard lichtjaar afstand werd eerder dit jaar opgemerkt door een internationaal onderzoeksteam onder leiding van de Nederlander Pieter van Dokkum van de Yale Universiteit (VS). Dit team kwam met de nogal opmerkelijke hypothese dat de structuur mogelijk het werk was van een superzwaar zwart gat dat met hoge snelheid door de ruimte beweegt en daarbij intergalactisch gas zodanig in beroering heeft gebracht dat zich daarin nieuwe sterren hebben gevormd.
Andere astronomen wezen er al snel op dat er ook minder exotische verklaringen voor te vinden waren.
In hun recente onderzoek zijn Almeida en zijn team tot de conclusie gekomen dat deze ongewone structuur van sterren niets anders is dan een fors sterrenstelsel zonder centrale uitstulping waar we van opzij tegenaan kijken.
Ter onderbouwing hebben de IAC-onderzoekers het vreemde object vergeleken met een bekend sterrenstelsel op kleinere afstand, IC 5249, dat een vergelijkbare hoeveelheid sterren bevat.
Ook hebben ze gekeken naar het verband tussen de massa van het vermoedelijke sterrenstelsel en zijn maximale rotatiesnelheid (de zogeheten Tully–Fisher-relatie). Daarbij hebben ze vastgesteld dat het object niet alleen lijkt op een sterrenstelsel, maar zich ook zo gedraagt.
Toch blijft het volgens Almeida een interessant object, omdat het een vrij groot sterrenstelsel betreft op een afstand waar de meeste sterrenstelsels kleiner zijn.
Er zullen dus zeker nog meer waarnemingen van worden gedaan. (EE)
(Image Credit: HST/IAC)