Toen de Amerikaanse ruimtesonde New Horizons in juli 2015 langs de verre dwergplaneet Pluto vloog, lieten de beelden die hij naar de aarde overseinde een landschap van ijsbergen, gletsjers en merkwaardige geologische structuren zien.
Een van die mysterieuze structuren was Wright Mons en zijn metgezel, Piccard Mons.
Ze zijn enkele kilometers hoog, maar tegelijkertijd immens breed: meer dan honderd kilometer.
In het midden van Wright lijkt een diep gat te zitten, en ook Piccard vertoont een enigszins ingedeukt centrum.
Aanvankelijk dachten wetenschappers dat Wright en Piccard ‘cryovulkanen’ konden zijn: vulkanen die slibachtig ijs uitbraken.
Maar nieuw onderzoek ondergraaft dat vermoeden.
In plaats van de ingestorte toppen van ijsvulkanen zijn de gaten in Wright en Piccard mogelijk slechts plekken die niet ‘overspoeld’ zijn door enorme uitstromen van ijzig slib uit openingen in het omringende landschap.
Tot die conclusie komt een onderzoeksteam onder leiding van Kelsi Singer van het Southwest Research Institute.
Singer en haar collega’s hebben nog eens goed naar de gegevens van New Horizons gekeken.
Daarbij hebben ze vastgesteld dat het terrein rond Wright en Piccard Mons enigszins glooiend is en bezaaid met knobbelige structuren met afmetingen van ruwweg een kilometer.
Maar opmerkelijk genoeg hebben Wright en Piccard geen steile flanken, en hun centrale openingen liggen ongeveer op dezelfde hoogte als het landschap rond de vermeende cryovulkanen.
Dat suggereert dat wat eruit ziet als een ringvormig vulkanisch massief slechts een opeenhoping van materiaal is dat, om wat voor reden dan ook, dit deel van het terrein niet heeft opgevuld.
Het ‘gat’ in Wright ziet er zo diep uit, omdat dit deel van Pluto ten tijde van de opname zo’n beetje op de grens van dag en nacht lag.
Hierdoor werd de structuur van opzij aangelicht en lijken de hoogteverschillen in het landschap veel groter dan ze in werkelijkheid zijn.
Maar in feite is het centrale gat dus niet extreem diep.
En ook zijn er geen aanwijzingen gevonden dat er ooit iets uit Wright is gevloeid.
Dat laatste zou ook heel merkwaardig zijn, omdat de oppervlaktetemperatuur van Pluto ongeveer -230 °C bedraagt en water, al dan niet vermengd met ammoniak, heel snel keihard bevriest.
Tegelijkertijd wijst de bijna totale afwezigheid van inslagkraters erop dat dit terrein slechts 1 miljard jaar oud is.
Het ijs ter plaatse lijkt dus wel degelijk ‘recent’ gesmolten te zijn, maar de oorzaak daarvan is onbekend. (EE)
(Image Credit: NASA / JHU-APL / SWRI)