Polaris, de ster die het ware noorden aangeeft, is vijftig procent zwaarder dan tot nu toe werd aangenomen. Dat blijkt uit onderzoek door een team onder aanvoering van Nancy Remage Evans van de Universiteit van Toronto (Canada). De herziene massabepaling is gebaseerd op een nieuwe berekening van de baanbeweging van een veel zwakkere ster – Polaris Ab – die om de noordelijke Poolster heen draait (ScienceNews). Massa is van grote invloed van de levensloop van een ster. Hoe meer massa een ster heeft, des te sneller verbruikt hij zijn brandstof en sterft hij. Op basis van een eerdere schatting werd de leeftijd van Polaris geschat op 3,45 zonsmassa’s, en daaruit werd afgeleid dat hij ongeveer 100 miljoen jaar oud is. De nieuwe massabepaling, die uitkomt op iets meer dan vijf zonsmassa’s, betekent dat de ster korter geleden is gevormd, maar hoe oud hij precies is, is nog onduidelijk. De begeleider van Polaris is zo zwak dat hij pas in 2005 door Nancy Evans en haar collega’s werd ontdekt met behulp van de Hubble-ruimtetelescoop. Toen hij tien jaar later het dichtst bij de Poolster kwam, begonnen Evans en anderen hem te volgen met de CHARA-array, een optische interferometer bestaande uit zes 1-meter telescopen, op Mount Wilson in Californië (VS). Omdat de begeleidende ster er bijna dertig jaar over doet om eenmaal om Polaris te draaien, is inmiddels het grootste deel van van zijn omloopbaan waargenomen, wat de betrouwbaarheid van de nieuwe massaschatting vergroot. Met een afstand van 447 lichtjaar is Polaris het meest nabije voorbeeld van een klasse van sterren die Cepheïden worden genoemd. Cepheïden zijn groot en helder en naderen het einde van hun bestaan. Tijdens deze levensfase vertonen ze regelmatige helderheidsveranderingen, die kunnen worden gebruikt om hun afstanden te bepalen. (EE) (Image credit: NASA/ESA/HST, G. Bacon (STScI) CHARA