Sommige gammaflitsen, kortstondige uitbarstingen van intense gammastraling, lijken uit het niets te komen.
Nieuw onderzoek met telescopen op aarde en in de ruimte heeft hun waarschijnlijke oorsprong blootgelegd: een populatie van verre sterrenstelsels, sommige op bijna 10 miljard lichtjaar afstand.
Veel korte gammaflitsen komen uit de richting van heldere sterrenstelsels op relatief kleine afstanden van de aarde.
Maar sommige leken geen ‘thuis’ te hebben. Op zoek naar een verklaring hiervoor heeft een internationaal team van astronomen de gegevens van grote telescopen op aarde en in de ruimte doorgekamd. Daarbij is ontdekt dat in de richtingen waaruit de ‘eenzame’ gammaflitsen afkomstig waren wel degelijk een zwakke lichtgloed te zien is.
Dat bewijst dat de betreffende gammaflitsen afkomstig waren uit sterrenstelsels die gewoon niet waren opgemerkt, omdat ze zo ver weg zijn.
De ontdekking suggereert bovendien dat korte gammaflitsen, die ontstaan bij botsingen tussen neutronensterren, in een ver verleden wellicht vaker voorkwamen dan gedacht.
Dit resultaat kan astronomen helpen om de chemische evolutie van het heelal beter te begrijpen.
Samensmeltende neutronensterren veroorzaken namelijk een reeks nucleaire reacties die cruciaal zijn voor de productie van zware metalen, zoals goud, platina en thorium.
Als deze productie vroeger op gang is gekomen dan doorgaans wordt aangenomen, betekent dit dat het jonge heelal veel rijker was aan zware elementen dan tot nu toe werd vermoed. (EE)
(Image Credit: NOIRLab/NSF/AURA/J. da Silva/Spaceengine)