Voor het eerst hebben astronomen gepolariseerde radiogolven waargenomen van een zogeheten gammaflits.
Gammaflitsen zijn de hevigste explosies in het heelal, en gammaflits GRB 190114C vormt daarop geen uitzondering.
Hij is ontstaan toen een ster met veel meer massa dan onze zon ineenstortte tot een zwart gat. Het licht van deze gebeurtenis, die zich op 4,5 miljard lichtjaar afstand afspeelde, bereikte de aarde op 14 januari 2019. Bij gammaflitsen van dit type, de lange gammaflitsen, ontstaat een krachtige jet van plasma (hete geladen deeltjes) die zich met bijna de snelheid van het licht van de explosie verwijdert.
Voor waarnemers die zich min of meer in het ‘schootsveld’ van zo’n jet bevinden, produceert zo’n gammaflits meer licht en andere vormen van straling dan een miljard zonnen bij elkaar. Astronomen worstelen met de vraag hoe deze jets ontstaan en waarom ze alleen bij gammaflitsen worden waargenomen, maar niet bij andere grote explosies zoals ‘gewone’ supernova’s.
De ontdekking dat de radiostraling van een gammaflits gepolariseerd is, wijst erop dat magnetische velden een rol spelen bij de vorming en instandhouding van de jet.
Uit de geringe sterkte van het polarisatiesignaal van GRB 190114C, zoals dat is gemeten met de Atacama Large Millimeter/Submillimeter Array (ALMA) in het noorden van Chili, leiden de onderzoekers af dat het magnetische veld niet sterk geordend is.
Het is een lappendeken van magnetische velden ter grootte van ons zonnestelsel die verschillend georiënteerd zijn.
Dit resultaat wijst erop dat magnetische velden een minder belangrijke rol spelen bij de vorming van gammaflits-jets dan tot nu toe werd aangenomen.
De vraag is echter of alle gammaflitsen zo’n zwakke polarisatie vertonen of dat GRB 190114C een bijzonder geval is. (EE)