Allereerst zullen door de versnelde opwarming in dat gebied gletsjers en ijskappen verder afsmelten en in belangrijke mate bijdragen aan mondiale zeespiegelstijging (tot enkele decimeters in het jaar 2100).
Ook zal het verdwijnen van zee-ijs bijdragen aan veranderende circulatiepatronen en daardoor wereldwijd kunnen leiden tot bijvoorbeeld langdurige en hevige warmtegolven en andere vormen van extreem weer, die op hun beurt mislukte oogsten, overstromingen, conflicten en migratiestromen kunnen veroorzaken.
Vanwege zowel het toenemen van Arctische neerslag als de versnelde afsmelting van de Groenlandse ijskap zal het Noord-Atlantische oceaanwater zoeter worden.
Dit heeft weer invloed op de wereldwijde oceaanstromingen die bijvoorbeeld bepalen hoeveel warmte de Golfstroom naar West-Europa transporteert.
Grote hoeveelheden zoet smeltwater kunnen de Golfstroom mogelijk afremmen, wat een minder sterke opwarming in Europa kan betekenen.
Ook zal de sterke opwarming van het Noordpoolgebied en de toenemende regenval leiden tot een versneld afsmelten van permafrost (bevroren grond), waarbij mogelijk grote hoeveelheden broeikasgassen zoals methaan en CO2 kunnen vrijkomen, die de opwarming van de aarde verder versterken.
Lees het hele artikel in Zenit oktober
Door: Rob Groenland (KNMI)
