Met behulp van de VLBA-radiotelescoop in New Mexico (VS) hebben astronomen een superzwaar zwart gat zien ontwaken. De ontdekking kan meer inzicht geven in hoe deze kosmische reuzen hun omgeving beïnvloeden (Astrophysical Journal). Het onderzoek, onder leiding van Francesco Ubertosi van de Universiteit van Bologna en het Nationaal Instituut voor Astrofysica in Italië (INAF), richtte zich op een cluster van sterrenstelsels met de aanduiding CHIPS 1911+4455, die ongeveer zes miljard lichtjaar van ons is verwijderd. Wat deze cluster zo bijzonder maakt, is dat het superzware zwarte gat in het centrum ervan nog maar kort geleden – astronomisch gezien dan – is ‘ontwaakt’. Pas duizend jaar geleden is het begonnen met het actief opslokken van materie en het uitstoten van jets. Ubertosi en zijn team hebben vastgesteld dat de jets van het zwarte gat slechts ongeveer honderd lichtjaar lang zijn. Dat lijkt enorm groot, maar naar kosmische maatstaven zijn dit ‘baby-jets’. Ter vergelijking: de jets van volgroeide zwarte gaten kunnen vele tienduizenden lichtjaren groot zijn. De VLBA-waarnemingen tonen een compacte radiobron met jets aan weerszijden. Het radiospectrum geeft aan dat dit een zeer jong radiosterrenstelsel is. ‘De jets zijn zo jong en klein dat ze nog geen tijd hebben gehad om het omringende hete gas weg te duwen’, aldus Myriam Gitti, eveneens verbonden aan de Universiteit van Bologna en INAF. ‘Dit biedt ons een uniek laboratorium om te onderzoeken hoe de feedback van zwarte gaten op gang komt.’ De meeste studies van superzware zwarte gaten in sterrenstelsels richten zich op volgroeide systemen waarin het zwarte gat al miljoenen jaren actief is, waardoor enorme radiostraling-uitzendende bellen ontstaan en het omringende gas wordt verwarmd. Maar CHIPS 1911+4455 is wat astronomen een ‘pre-feedback’-cluster noemen: een systeem waarin ze de omstandigheden kunnen bestuderen die bestaan vóórdat het zwarte gat zijn omgeving significant heeft beïnvloed. Hoewel de activiteit van het centrale zwarte gat nog maar net op gang begint te komen, is het omringende sterrenstelsel al een echte sterrenfabriek: het vormt sterren in een tempo van 140 tot 190 zonsmassa’s per jaar – meer dan honderd keer zo snel als ons eigen Melkwegstelsel. Daarmee is het een van de grootste sterproducenten in zijn soort. (EE) (Image credit: Univ. of Bologna/F.Ubertosi)
