Noem Orion en iedere sterrenkundehobbyist denkt meteen aan de Orionnevel. Maar bijna net zo bekend – en ook zeer geliefd bij astrofotografen – in dit sterrenbeeld is de Paardenkopnevel, hier afgebeeld door Michael Grondijs. De Paardenkopnevel bestaat in feite uit twee ‘nevels’: de donkere stofwolk Barnard 33 die afsteekt tegen de emissienevel IC 434. Samen met de Vlamnevel (NGC 2024, links op de foto) maken ze deel uit van het Orion moleculaire wolk-complex, een gigantisch stervormingsgebied dat het hele gelijknamige sterrenbeeld omvat en waartoe ook de Orionnevel (M42) behoort. B33/IC 434 en NGC 2024 behoren tot Orion B, het noordwestelijk deel van het complex. De Paardenkopnevel bevindt zich net ten zuiden van Alnitak (Zeta Orionis,) de meest linkse van de drie gordelsterren van Orion en de ster linksboven de ‘paardenkop’ op de foto. Sigma Orionis (σ Ori), een meervoudige ster van spectraaltype O en B en een gezamenlijke lichtkracht van 76.000 keer die van de zon, brengt met zijn uv-straling IC 434 tot lichten. De ster is op de foto rechtsboven de paardenkop te vinden. Volgens Gaia-data staat σ Ori op een afstand van ongeveer 1300 lichtjaar. B33 zou 1150 lichtjaar ver weg staan en IC 434 een kleine 200 lichtjaar daarachter, met σ Ori op een geprojecteerde afstand van 13 lichtjaar van de emissienevel. Andere bronnen noemen andere waarden voor de afstanden, maar duidelijk is dat IC 434 zich achter B33 bevindt. Dat de stofwolk van de Paardenkopnevel erg uitgestrekt is, is te zien aan de sterren in de omgeving. Rechtsboven op de foto zijn veel meer zwakke sterren te zien dan linksonder, waar het donkere stof het licht van verder weg gelegen sterren absorbeert. Opvallend zijn de fijne radiale structuren in IC 434, evenals de heldere randen van de stofwolk. Die markeren het ionisatiefront, daar waar de uv-straling van σ Ori steeds verder in de stofwolk doordringt, het stof verdampt en het moleculaire gas verhit tot 10.000 graden en ioniseert. In de dichtere delen van de stofwolk is het ionisatiefront dun – de uv-straling dringt minder diep in de stofwolk door – en ontstaan er onder invloed van de stralingsdruk van σ Ori concave vormen, zoals de paardenkop. Daar waar de stofwolk ijler is, is het ionisatiefront dikker en vormen zich convexe structuren. De helderste ‘ster’ tussen de Vlamnevel en de Paardenkopnevel is de emissie- en reflectienevel NGC 2023, die verlicht wordt door een met stof omhulde jonge ster waarbij de waterstoffusie in de kern nog moet starten. De Vlamnevel is nog deels omhuld door het stof waaruit de ster is geboren en wordt tot lichten gebracht door IRS 2b, een hete ster van spectraaltype O die deel uitmaakt van een pasgeboren sterrenhoop. Michael Grondijs maakte deze opname op 27 februari 2022 vanuit zijn woonplaats Asten met zijn William Optics RedCat51, ZWO ASI 533MC-Pro-camera en Optolong L-Extreme (Hα en OIII) filters. Er is 80× 120 seconden belicht. Uit Zenit januari 2025