Een internationaal team, bestaande uit astrofysici uit Zuid-Afrika, het VK, Frankrijk en de VS, heeft ontdekt dat een van de dichtstbijzijnde zwarte gaten in ons Melkwegstelsel, op 9600 lichtjaar van de aarde, sterk in helderheid varieert.
De wetenschappers denken dat de oorzaak ligt bij de accretieschijf rond het zwarte gat: die zou sterk gekromd zijn.
Het object, MAXI J1820+070, bestaat uit een zwart gat met minstens acht keer zoveel massa als onze zon en een daaromheen draaiende lichte ster.
Materiaal van deze ster stroomt spiraalsgewijs naar het zwarte gat toe, waardoor zich een schijf van hete materie rond laatstgenoemde heeft gevormd.
Pas wanneer het materiaal in de schijf heet en instabiel wordt, ‘valt’ het op het zwarte gat, wat gepaard gaat met een enorme uitbarsting van licht en energierijkere vormen van straling, die maandenlang kan duren.
Het is tijdens een van die uitbarstingen, in maart 2018, dat MAXI J1820+070 werd ontdekt met een Japanse röntgentelescoop aan boord van het internationale ruimtestation ISS.
Bij het nieuwe onderzoek is gebruik gemaakt van helderheidsmetingen die gedurende bijna jaar zijn gedaan door amateur-astronomen van over de hele wereld.
Door zijn grote helderheid, en omdat de uitbarsting zo lang duurde, kon deze door veel amateurs worden gevolgd.
De aldus verkregen lichtkromme, het verloop van de helderheid in de tijd, laat iets bijzonders zien.
Bijna drie maanden na het begin van de uitbarsting begon de lichtkromme sterk te moduleren.
Het was alsof iemand heel langzaam, over een periode van ongeveer 17 uur, een dimschakelaar heen en weer draaide.
Ondertussen bleef de röntgenhelderheid van het object gelijk.
De meest gangbare verklaring, namelijk dat de vrijkomende röntgenstraling de ‘voorkant’ van de begeleidende ster aanlichtte, viel al snel af, omdat de helderheidspieken op de verkeerde momenten plaatsvonden.
Volgens de onderzoekers is er maar één plausibele verklaring voor het waargenomen gedrag: de intense röntgenstraling die vrijkwam heeft de accretieschijf doen kromtrekken.
En deze kromming zorgt ervoor dat een veel groter deel van de schijf bij zo’n uitbarsting wordt aangelicht, waardoor zijn helderheid enorm toeneemt.
Dergelijk gedrag was eerder al waargenomen bij röntgendubbelsterren met een een veel zwaardere ‘donorster’, maar nog nooit bij de combinatie van een zwart gat en een lichte ster zoals die in MAXI J1820+070 wordt aangetroffen. (EE)
(Image Credit: John Paice)